-
1 breathe new life into
-
2 breathe
v. ademen; fluisteren; eruit halen[ brie:ð]2 op adem komen ⇒ uitblazen, bijkomen♦voorbeelden:〈 informeel〉 as I live and breathe • hoe is het mogelijk!breathe in • inademenbreathe out • uitademenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 inademen3 inblazen ⇒ ingeven, inboezemen4 fluisteren ⇒ uiting geven aan, (zachtjes) zeggen♦voorbeelden:don't breathe a word of this! • praat je mond niet voorbij! -
3 regenerate
v. weer opwekken, tot nieuw leven brengen, herscheppen, doen herleven, verjongen, regenererenregenerate1[ ridzjennərət] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉————————regenerate2[ ridzjennəreet]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verbeteren ⇒ bekeren, vernieuwen2 nieuw leven inblazen ⇒ doen herleven/opbloeien♦voorbeelden: -
4 reactivate
v. reactiveren[ rie▪æktivveet]2 opnieuw tot leven/werking komen ⇒ nieuw leven inblazen 〈 alleen figuurlijk〉, opnieuw in werking stellen -
5 blood
n. bloed; vijandschap, haat--------v. aderlatenblood1[ blud] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 bloed2 temperament ⇒ aard, hartstocht3 bloedverwantschap ⇒ afstamming, afkomst♦voorbeelden:have blood on one's hands • bloed aan zijn handen hebben klevenin cold blood • in koelen bloedeinfuse new blood into a firm • een firma nieuw leven inblazenget someone's blood up • iemand razend makenit makes your blood boil • het maakt je razendlet blood • aderlatenneedless shedding of blood • nodeloos bloedvergietenbe out for someone's blood • iemands bloed willen zienof the blood (royal) • van adellijken/koninklijken bloede/huizebring in fresh blood • vreemd/vers bloed inbrengenbe/run in one's blood • in het bloed zitten¶ taste blood • succes proeven/ruiken————————blood2〈 werkwoord〉1 de vuurdoop laten ondergaan ⇒ laten kennismaken met, inwijden -
6 bring back to life
bring back to life -
7 bring back
terugbrengenbring back1 terugbrengen ⇒ retourneren, mee terugbrengen2 in de herinnering terugbrengen ⇒ doen herleven, oproepen♦voorbeelden:bring me back a newspaper • neem een krant voor me meebring back to life • nieuw leven inblazen -
8 enliven
-
9 infuse new blood into a firm
-
10 rally
n. verzameling, hergroepering (v. troepen, enz.); bijeenkomst; opleving, herstel; serie slagen/klappen (tennis, boksen); rally, sterrit (sport)--------v. zich verzamelen; verzamelen; bijkomen; bijeenkomenrally1[ rælie] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: rallies〉————————rally2〈 rallied〉1 bijeenkomen ⇒ zich verzamelen/hergroeperen4 (zich) herstellen ⇒ opleven, weer bijkomen♦voorbeelden:rally round the flag • zich om de vlag scharenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verzamelen ⇒ ordenen, herenigen2 bijeenbrengen ⇒ verenigen, op de been brengen♦voorbeelden: -
11 reanimate
v. doen herleven, reanimeren; weer bezielen of doen opleven[ rie:▪ænimmeet] 〈zelfstandig naamwoord: reanimation〉
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский